Pagina's

dinsdag 24 maart 2015

Anders zijn

Mijn hele leven heb ik mij anders gevoeld. Vaak voelde ik alsof ik als onder een groep mensen was, dat ik ze aan het observeren was maar dat ik daar geen onderdeel van was. Heel soms kwam ik iemand tegen in mijn leven waar ik mij wel mee verbonden voelde. Dat waren of zijn vaak mensen die buiten de gebaande banen durven te denken en te leven. Mensen die dus een eigen weg durven te kiezen. Mensen waar ik me prettig bij voel.
Zo koester ik nog steeds de zwoele zomeravonden die ik met een vriend doorbracht op zijn dakterras in Amsterdam. Verscholen achter de daken in het zonnetje zagen we het leven aan ons voorbij schuiven, terwijl wij met een glasje wijn hele gesprekken hadden over het leven. Hij had de unieke gave om ieder mens te accepteren voor wie ze waren. Een gave die ik bewonder en waardeer omdat meestal mensen moeite hebben met afwijkend gedrag. Voldoe je namelijk niet aan een bepaald beeld of val je niet in een bepaald hokje dan vinden veel mensen dat moeilijk of zelfs eng. Vaak vermijden ze je dan of je wordt met reserve geobserveerd.

Vanaf kinds af aan, was ik anders. Men ouders gingen begin jaren 70 scheiden en mijn vader werd elke omgang met mij verboden door de rechter. Hij vond dat prima. Als hummeltje van 2 jaar groeide ik dus alleen op met mijn moeder daar waar het toendertijd toch nog vooral de norm was om als kind in een gezin met twee ouders op te groeien en waar de moeder vaak thuis bleef. Erger nog in de begin jaren 70 werd de vrouw ontslagen zodra ze was bevallen. Iets waar je nu je bijna niets bij kunt voorstellen. Mijn moeder ging toen ik 4 jaar was weer werken en tegelijkertijd studeren. Zo kwam het dat ik als kleuter naar de opvang ging. Deze opvang was vooral gericht op moeders die nergens meer terecht konden. Het was een soort blijf van lijf-huis die ook opvang bod aan kinderen buiten dit huis. De opvang was weinig liefdevol. Ik denk nu nog met afgrijzen terug aan de aardappels in mijn soep omdat ik niet snel genoeg mijn eten op had. Ook daar kun je je niets meer bij voorstellen. Gelukkig had ik een hele lieve moeder die ervoor zorgde dat ik qua liefde en aandacht niets te kort kwam. Ook had ik een lieve familie waar ik regelmatig ging logeren. Toch merkte ik vaak dat mensen in mijn omgeving een soort van medelijden hadden met mij. Het leek net of ze mijn afwezige vader probeerde te compenseren. Het rare is dat ik nooit mijn vader heb gemist. Voor mij is het niet anders dan dat ik een lieve moeder heb en ik heb nu eenmaal geen vader in mijn leven. Het lijkt alsof anderen daar meer moeite mee hebben dan ik. Waarschijnlijk omdat zij wel een vader hebben en ze zich dus niet een leven zonder kunnen voorstellen. Dat is mooi maar het kan ook anders en ook ik kan een mooi en tevreden leven zonder vader.

Toen ik eenmaal op de middelbare school kwam, leerde ik een aantal kinderen kennen waarvan de ouders ook waren gescheiden of waarvan er een was overleden. Wij vormden een hecht groepje. We begrepen elkaar op een of andere manier. Toen mijn moeder hertrouwde, was ik weer even erg interessent. Vooral omdat ik er ontzettend veel moeite mee had. Ik zat zelf midden in de pubertijd, worstelde met mijn eigen verliefde gevoelens en jongens en dan is het moeilijk om ineens een extra persoon in je leven te hebben. Ik kon dan ook niet met hem opschieten. Tot aan zijn dood heb ik hem nooit echt willen accepteren en was het meer toleren. 
Mijn vriendinnenclubje van gebroken gezinnen viel ook langzaam uit elkaar. De een ging naar een andere school, de ander bleef zitten en de ander vond weer andere vriendinnen. De laatste jaren op de middelbare school was ik dus een outsider. Ik hoorde nergens echt bij. Iedereen vond mij wel aardig maar daar was dan ook alles mee gezegd. Ik zwierf dus van groepje naar groepje of las een boek tijdens de pauzes. Op een bepaald moment mocht ook iedereen uit en ik moest thuis blijven. Ik had het gevoel dat mijn leven stil stond terwijl anderen in het weekend konden feesten en vriendjes hadden. Eenmaal geslaagd, ging ik dus ook meteen het huis uit. Ik heb een tijdje als au-pair gewerkt en daarna ben ik gaan studeren. Tijdens het eerste jaar van mijn studie ontmoette ik ook mijn man. En ook daar kwam een berg kritiek op. Wat moest ik met een buitenlander? Was een Nederlandse jongen niet goed genoeg? Hoe meer kritiek, hoe meer wij naar elkaar toe groeide. Tegen de tijd dat hij dus naar de USA vertrok om te studeren, hadden wij een ijzersterke relatie. De rest van mijn studie heeft bestaan uit studeren en werken. Werken om bij mijn vriend te kunnen zijn die aan de andere kant van de wereld woonde. Veel mensen hadden een enorm respect voor mij (ons) dat we zo knokte voor onze relatie en dat deze op zo'n grote afstand stand hield. Anderen begrepen er niets van en vonden dat ik mijn leven onnodig ingewikkeld maakten. Het heeft uiteindelijk zo'n 5 jaar geduurd voordat we die afstand konden overbruggen. Een echte studententijd heb ik dus niet gehad. Toch heb ik daar geen moment spijt van gehad. Het werken in de horeca heeft mij zo veel van het leven en de mensen geleerd. Dat zou ik voor mijn geen goud willen missen.

Toen we eenmaal samenwoonde, trouwde iedereen om ons heen en kregen kinderen. Getrouwd zijn we nooit en het heeft lang geduurd voordat onze dochter werd geboren. Hieraan is een lange tijd van ziekte en miskramen aan vooraf gegaan. Iets wat je niet loopt te adverteren, als iemand weer eens vroeg wanneer wij nu eens aan kinderen zouden beginnen. Het was namelijk overduidelijk dat ik heel graag een kind wilde. Alleen snap ik nog steeds niet waarom mensen zoiets persoonlijks vragen. Je weet namelijk niet wat zo'n vraag losmaakt aan onderliggende pijn en verdriet. Toen onze dochter was geboren, had ik een baby en de meeste kennissen puberkinderen. Werd ik eerst uitgesloten omdat het niet leuk was om continue al dat baby-gepraat aan te horen, nu was het omdat ik in een hele andere fase was in mijn leven. Ik voelde me buitengesloten. Het zou aan mij moeten zijn of ik daar onderdeel van uit wil maken. Niet een ander hoeft dit voor mij dit te beslissen.

Op mijn huidige werk voel ik ook geen aansluiting. De eerste 2 jaar werkte ik in een team met bijna alleen maar mannen. Dat was een gezellige tijd. Nu nog spreek ik ze regelmatig en voel ik me op mijn gemak bij ze. Echter na die 2 jaar werd ik gevraagd om op een andere afdeling te komen werken. Ik weet niet wat het is maar ik heb mij er nooit echt thuis gevoeld. Had ik bij mijn oude werkgevers, altijd wel een paar mensen waar ik het goed mee kon vinden. Hier heb ik eigenlijk niemand waar ik een klik mee heb. De enige waar mee ik het goed kon vinden, was een stagiare. Alleen was deze man te eigenzinnig voor de anderen. Iedereen was blij dat hij weg ging. Ik vond het heel jammer en voelde het als een gemis. 

Het lijkt een soort rode draad in mijn leven te zijn: anders voelen en buiten de groep staan. Ik voel vaak alsof ik niet wordt begrepen. Nu ik weet dat ik een HSP-er ben, vallen er wel puzzelstukjes op zijn plaats. Toch ga ik meestal mijn eigen weg en koester ik die paar mensen waar ik me wel verbonden mee voel. Toch doet het soms ook pijn want waarom kunnen mensen elkaar gewoon niet accepteren om wie ze zijn. Ik geloof dat ieder mens mooi en uniek is in zijn eigen soort. Iets wat we moeten koesteren. 

5 opmerkingen:

  1. Wat fijn dat sommige dingen nu duidelijk voor je worden!

    Huisvlijt

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Wat een bekend verhaal.
    Bij mij heeft het ook lang geduurd voor ik besefte hoe anders ik was. Wilde graag bij "de rest" horen, maar het lukte maar steeds niet. Ik was en bleef een outsider.
    Als HSP-er heb je veel voordelen, maar in de dagelijkse leven laat zich dat vaak moeilijk uitleggen. Ik hoop dat je er uiteindelijk mee leert leven want het maakt je ook weer heel uniek.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Als mede hsp'er herken ik wat je zegt over het 'buitenstaander'-gevoel. En dat gevoel hebben heel veel hsp's (ben via Facebook bij een aantal hsp-groepen aangesloten). Als hsp's onder elkaar is het altijd een feestje, er is veel (h)erkenning en je hebt weinig woorden nodig om elkaar te begrijpen. En hsp's nemen mensen vaker zoals ze zijn en niet zoals 'men' vindt dat het zou moeten zijn. Helaas geldt dat meestal niet omgekeerd, en dat maakt dat het soms meer voelt als 'overleven' dan als 'leven'. Zelf probeer ik meer contact met gelijkgestemden te hebben en dat voelt goed, het gaat per slot van rekening in vriendschappen om kwaliteit en niet kwantiteit.

    Anna

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Fijn dat je nu weet dat je HSP bent! En dat je dus niet raar bent of gek. Wel anders, maar dat mag ook, toch? Ik ben ook HSP, maar dan met de HSS-variant (High Sensation Seeking). Ik moet dus altijd reuring in de tent, anders vind ik het heel snel saai... Probeer vooral ook te genieten van je HSP zijn, want echt, het heeft heel veel hele mooie kanten!

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Heftig maar erg herkenbaar! In het begin van het blogje dacht ik....dit is een hsp-er. UIteindelijk sluit je daarmee af, fijn dat je het weet, weet dat je niet alleen bent! liefs een Hsp-ertje

    BeantwoordenVerwijderen